Lovewool No. 18 – model 30

MODEL 30

Correct:

Mouwen

Met naalden 3,5 mm 57 (61 – 65) st opzetten, en

tussen de kantsteken 7 cm in boordpatroon br. Dan met

naalden 4 mm in basispatroon verder br., en voor de

mouwvorming, aan weerskanten in elke 10de toer

9×1 st meerderen. De gemeerderde st volgens het

basispatroon invoegen = 75 (79 – 83) st.

Op een totale hoogte van 43 cm, voor de mouwkop, aan

weerskanten 3 st afk. Dan aan weerskanten in elke

2de toer 21x (23x – 25x) overgehaalde minderingen br.

In de volgende heentoer aan weerskanten nog 3 st afk.

Dan de resterende 27 st afk.

De tweede mouw evenzo br.

 

Lovewool No. 20 – model no. 27

WERKBESCHRIJVING

32 (34 – 36) st opzetten, en tussen de kantsteken 1 terugtoer av st br. – later komt het begin van de ronde in het voorste midden te zitten. Vervolgens de st br. zoals volgt: kantsteek, voor het rechter voorpand 1 st re, 1 stekenmarkeerder zetten, 1 st re (= raglansteek), 1 stekenmarkeerder zetten, voor de eerste mouw 1 st av, 1 stekenmarkeerder zetten, 1 st re (= raglansteek), 1 stekenmarkeerder zetten, voor het rugpand 22 (24 – 26) st in gerstekorrelpatroon, 1 stekenmarkeerder zetten, 1 st re (= raglansteek),  1 stekenmarkeerder zetten, voor de tweede mouw 1 st re,

1 stekenmarkeerder zetten, 1 st re (= raglansteek),  1 stekenmarkeerder zetten, voor het linker voorpand 1 st av , kantsteek.

Dan in basispatroon in toeren verder br.

Voor de raglanvorming, in elke heentoer aan weerskanten van de raglansteken

35x (37x – 39x) 1 st re gedraaid vanuit de dwarse draad (tussen 2 st) opnemen. Hierbij de raglansteken in tricotsteek re br. En de gemeerderde st in het basispatroon invoegen. Tegelijk voor de V-hals, aan weerskanten in elke 4de toer 12x (om en om in elke

2de en 4de toer 17x – in elke 4de toer 5x en in elke

2de toer 15x) de kantsteek dupliceren (= de st re br.,

dan niet afhalen maar nog eens re gedraaid br.)

= 336 (364 – 388) st.

Lovewool No. 15 – model 10

Correct: 

BASISPATROON

1e toer (heentoer): re st br.

2de toer (terugtoer): av st br.

3de toer: *1 st re, 1 st zoals av br. afh., de draad zit achter het werkstuk, vanaf * voortdurend herh.,

eindigen met 1 st re.

4de toer: *1 st av, 1 st zoals av br. afh., de draad zit

vóór het werkstuk, vanaf * voortdurend herh.

De 1e t/m 4de toer voortdurend herh.

Lovewool No. 20 – model 9

Correction:

BASISPATROON
AJOURPATROON

Zie telschrift (p. 69).

VOORPAND

[…]

Alleen voor de maten 36/38 en 48

Over de volgende 12 toeren (dus in de rapport de

9de tot 14de (de 3de tot 14de) toer van het patroon volgens het telschrift A br.

 

Lovewool No. 19 – model 14

Overgehaalde minderingen (raglanvorming)

 

Heentoer met minderingen:

Aan de rechter werkrand: 2 st re, 2 st re overgehaald samen br. (= 1 st re afh., 1 st re, de afgehaalde over de gebreide st halen), 3 st av, 1 osl, 2 st re overgehaald samen br., patroonsgewijs verder br.

Aan de linker werkrand: tot 9 st vóór het einde van de toer re st br., 2 st re samen br., 1 osl, 3 st av, 2 st re samen br., 2 st re.

Heentoer zonder minderingen:

Aan de rechter werkrand: 2 st re, 2 st re overgehaald samen br., 3 st av, 1 osl, patroonsgewijs verder br.

Aan de linker werkrand: tot 7 st vóór het einde van de toer re st br., 1 osl, 3 st av, 2 st re samen br., 2 st re.

Terugtoer:

3 st av, 3 st re, tot 6 st vóór het einde van de toer

av st br., 3 st re, 3 st av.

Rugpand

Met naalden 4 mm 114 (126 – 138 – 150 – 162) st opzetten, en 7 cm in boordpatroon br. In de volgende terugtoer br. zoals volgt:

2 (4 – 5 – 2 – 4) st patroonsgewijs, [2 st patroonsgewijs, 2 st patroonsgewijs samen br., 3 st patroonsgewijs,

2 st patroonsgewijs samen br.] 12x (13x – 14x – 16x – 17x),

4 (5 – 7 – 4 – 5) st patroonsgewijs

= 90 (100 – 110 – 118 – 128) st.

Met naalden 4,5 mm in basispatroon verder br.

Op een hoogte van 33 (34 – 37 – 39 – 40) cm,

voor de armsgaten, aan weerskanten

1×5 (1×8 – 1×10 – 1×10 – 1×12) st afk.

= 80 (84 – 90 – 98 – 104) st.

Alleen voor maat 48 (50/52)

De laatste 2 toeren 1x (3x) herh. = 90 (88) st.**


Download PDF | 309 KB

Lovewool No. 19 – model 44

Overgehaalde minderingen (raglanvorming) 

Heentoer met minderingen:

Aan de rechter werkrand: 2 st re, 2 st re overgehaald samen br. (= 1 st re afh., 1 st re, de afgehaalde over de gebreide st halen), 3 st av, 1 osl, 2 st re overgehaald samen br., patroonsgewijs verder br.

Aan de linker werkrand: tot 9 st vóór het einde van de toer re st br., 2 st re samen br., 1 osl, 3 st av, 2 st re samen br., 2 st re.

Heentoer zonder minderingen:

Aan de rechter werkrand: 2 st re, 2 st re overgehaald samen br., 3 st av, 1 osl, patroonsgewijs verder br.

Aan de linker werkrand: tot 7 st vóór het einde van de toer re st br., 1 osl, 3 st av, 2 st re samen br., 2 st re.

Terugtoer:

3 st av, 3 st re, tot 6 st vóór het einde van de toer

av st br., 3 st re, 3 st av.

Rugpand

Met naalden 4 mm 114 (126 – 138 – 150 – 162) st opzetten, en 7 cm in boordpatroon br. In de volgende terugtoer br. zoals volgt:

2 (4 – 5 – 2 – 4) st patroonsgewijs, [2 st patroonsgewijs, 2 st patroonsgewijs samen br., 3 st patroonsgewijs,

2 st patroonsgewijs samen br.] 12x (13x – 14x – 16x – 17x),

4 (5 – 7 – 4 – 5) st patroonsgewijs

= 90 (100 – 110 – 118 – 128) st.

Met naalden 4,5 mm in basispatroon verder br.

Op een hoogte van 33 (34 – 37 – 39 – 40) cm,

voor de armsgaten, aan weerskanten

1×5 (1×8 – 1×10 – 1×10 – 1×12) st afk.

= 80 (84 – 90 – 98 – 104) st.

Alleen voor maat 48 (50/52)

De laatste 2 toeren 1x (3x) herh. = 90 (88) st.**

 

Voorpand 

Tot ** zoals het rugpand afwerken. Vervolgens voor alle maten de raglanvorming zoals het rugpand afwerken.

Tegelijk voor de hals, op een hoogte van circa

47 (49 – 53 – 55,5 – 57,5) cm, als nog

46 (48 – 52 – 54 – 54) st op de naald zitten, de middelste 18 (20 – 18 – 20 – 20) st op een hulpnaald in ruststand zetten, en vervolgens de twee zijden apart afwerken. Voor de halsvorming, in elke volgende toer in totaal 6×1 (6×1 – 8×1 – 8×1 – 8×1) st aan de halskant minderen (aan de rechter zijde patroonsgewijs samen br.).
[…]

 


Download PDF | 309 KB

Lovewool No. 18 – model 16

MODEL 16 / TRUI

Correct:

Mouwen

[…]
Voor de mouwvorming aan weerskanten in de 9de en
elke volgende 8e (8e – 6de – 6de – 6de) toer in totaal
10×1 (9×1 – 13×1 – 13×1 – 11×1) st en elke volgende 6de (6de – 4de – 4de – 4de) toer 3×1 (5×1 – 6×1 – 7×1 – 10×1) st meerderen
= 74 (80 – 90 – 94 – 98) st.
[…]

Correction:

LINKER VOORPAND
59 (63 – 69 – 73) st opzetten, en tussen de kantsteken
2 cm in boordpatroon br. Hierbij aan de linker werkrand 1 V-kantsteek br.
Dan br. zoals volgt: kantsteek, 51 (55 – 61 – 65) st in basispatroon, 6 st in boordpatroon (= het voorste boord), V-kantsteek.
Aan de rechter werkrand het armsgat zoals de schoudervorming van het rugpand br. Tegelijk – dus op een totale hoogte van 48 (51 – 54 – 56) cm, voor de hals, aan de linker werkrand 7 st op de hulpnaald in ruststand zetten, en voor de halsvorming 1×9, 1×3, 2×2 en 3×1 (1×9, 1×3, 2×2 en 3×1 – 1×10,1×3, 3×2 en 4×1 – 1×10, 2×3, 2×2 en 5×1) st afk. Op een totale hoogte van 54 (57 – 60 – 62) cm zijn alle st afgewerkt.