Top Down Knitting Special 2 – model 5

Correct:

Pas

Met naald 4 mm 69 (73 – 73 – 77) st opzet ten,

en tussen de kantsteken 2 toeren in tricotsteek

rechts br. Hierbij in de 1e toer de st br. zoals

volgt: kantsteek, stekenmarkeerder zet ten, 6 st

voor de raglan, stekenmarkeerder zet ten, 7 st

voor de eerste mouw, stekenmarkeerder zet ten,

6 st voor de raglan, stekenmarkeerder zet ten,

29 st voor het rugpand, stekenmarkeerder

zet ten, 6 st voor de raglan, stekenmarkeerder

zet ten, 7 st voor de tweede mouw, stekenmarkeerder

zet ten, 6 st voor de raglan, stekenmarkeerder

zetten, kantsteek.

In de volgende heentoer met de meerderingen

voor de raglan en de V-hals beginnen. Voor de

eerste meerdering van de V-hals aan weerskanten

de kantsteek dupliceren.

Dan 11 meerderingen br., zoals boven beschreven.

Voor de raglanvorming, 31x (32x – 33x – 34x)

de st in elke heentoer meerderen zoals boven

beschreven = 341 (353 349 – 361 357 – 373 365) st. De pas

heef t dan een hoogte van 23 (24 – 25 – 26) cm.

Rugpand en voorpanden

In de volgende heentoer de st br. zoals volgt:

kantsteek, 44 (47 – 49 – 52) st voor het rechter

voorpand br., de volgende 75 st voor de eerste

mouw op een hulpnaald in ruststand zet ten,

12 st extra opzet ten, 97 101 (103 – 107 – 113 109) st voor

het rugpand br., 75 st voor de tweede mouw in

ruststand zet ten, 12 st extra opzet ten,

44 (47 – 49 – 52) st voor het linker voorpand br.,

kantsteek = 211 215 (223 – 231 – 243 239) st.

Over alle st nog 25 (27 – 29 – 31) cm in tricotsteek

rechts br., dan 10 cm in boordpatroon br.

Dan alle st afk.