Lovewool No. 18 – model 10

Correct:

Voorpand

Met naalden 3,5 mm 135 (145 – 157– 177 – 187) st

opzetten en 4 cm in boordpatroon br.

Volgende terugtoer: 2 (3 – 0 – 1 – 1) st in boordpatroon,

2 st samen br., [2 st in boordpatroon, 2 st samen br., 3 st

in boordpatroon, 2 st samen br.] 14x (15x – 17x – 19x –

20x), 2 st samen br., 3 (3 – 0 – 1 – 2) st in boordpatroon

= 105 (113 – 121 – 137 – 145) st.**

Met naalden 4 mm in basispatroon verder br., hierbij

met de 5de (1e – 5de – 5de – 1e) st van het telschrift

beginnen, het rapport voortdurend herh. en met de

29de (33de – 29de – 29de – 33de) st van het telschrift

eindigen. ***

Op een hoogte van 32 (33 – 36 – 39 – 40) cm, voor de

V-hals het werkstuk in het midden splitsen en vervolgens

de twee zijden apart afwerken. Aan de linker zijde met

52 (56 – 60 – 68 – 72) st beginnen en aan de rechter

zijde de middelste st met de volgende st re overgehaald

samen br., voordat de minderingen worden gebreid.

Voor de halsvorming in de 2de en elke

volgende 2de toer (heentoeren) in totaal

28×1 (29×1 – 30×1 – 31×1 – 32×1) st aan de halskant

minderen (= 2 st re samen br.).

Voor een zuivere halskant tussen het laatste osl (resp.

2 samen gebreide st) en de minderingen aan de kant

minimaal 3 st in tricotsteek rechts br.

= 24 (27 – 30 – 37 – 40) st.

Alleen voor de maten 40/42 en 44/46

2 toeren recht verder br.

Voor alle maten

Op een hoogte van 55 (57 – 61 – 64 – 66) cm voor de

schoudervorming in de volgende en elke volgende

2de toer in totaal 3×6 (1×6 en 2×7 – 1×6 en 2×8 – 1×7 en

2×10 – 3×10) st afk.

De resterende 6 (7 – 8 – 10 – 10) st afk.

De andere zijde evenzo afwerken. Hierbij de minderingen

zoals volgt br.: 2 st re overgehaald samen br.

 

 

Rugpand

Tot *** zoals het voorpand br.
**** Op een hoogte van 53 (55 – 59 – 62 – 64) cm (6 toeren onder het begin van de schoudervorming van het voorpand), voor de hals de middelste 49 (51 – 53 – 55 – 57) st op een hulpnaald in ruststand zetten, en vervolgens de twee zijden apart afwerken.
Voor de halsvorming in de 1e en elke volgende toer in totaal 4×1 (29×1 – 30×1 – 31×1 – 32×1) st aan de halskant minderen (= 2 st re samen br.). Voor een zuivere halskant tussen het laatste osl (resp. 2 samen gebreide st) en de minderingen aan de kant minimaal 3 st in tricotsteek rechts br. = 24 (27 – 30 – 37 – 40) st.
Op een hoogte van 55 (57 – 61 – 64 – 66) cm de schoudervorming zoals het voorpand afwerken.
De andere zijde evenzo afwerken. Hierbij de minderingen zoals volgt br.:
In heentoeren 2 st re overgehaald samen br., in terugtoeren 2 st av gedraaid samen br.